Nog geen account?
Verdrink in het rijke Caribische verleden
198 personen hebben dit op hun Bucket List staan.
178 personen zijn hier geweest
Havana is de hoofdstad van Cuba. Het historische centrum van Havana kent een rijke geschiedenis. Dit zie je terug in de mix van neoklassieke en barokke monumenten. De oude gebouwen en de oldtimers geven je het gevoel dat de tijd heeft stil gestaan. De belangrijkste bezienswaardigheden liggen bij de vier pleinen in de oude stad van Havana.
De architectuur in Havana is divers. En loopt sierlijk in elkaar over. Zeker in Havana Vieja, het oude deel. Zoals kerkpleinen en forten uit het 16e eeuwse koloniale tijdperk. Kathedralen en voorgevels van huizen uit 17e en 18e eeuwse barok. In andere delen van de stad staan villa’s en theaters die druipen van 19e eeuwse neoklassiek en neogotiek.
De kathedraal San Christóbal is opgedragen aan Christoffel Columbus, de ontdekker van Cuba in 1492. De kathedraal had, volgens de verhalen, zelfs een aantal jaren de overblijfselen van Columbus, maar toen Cuba onafhankelijk werd gingen deze naar het Spaanse Sevilla. Opmerkelijk zijn de ongelijke torens (wat breedte betreft) van deze kerk. De kerk is gemaakt in barokstijl, maar met enkele Cubaanse aanpassingen. Iets wat de Zwitserse architect Francesco Borromini had bedacht. De kathedraal werd gebouwd in 1748 door de Jezuïeten, maar was pas in 1777 klaar. De kathedraal wordt als het hoogtepunt van La Habana Vieja, de oude wijk, gezien.
De Malecón, zoals hij in de volksmond heet, van Havana is een ruim 7 kilometer lange boulevard langs de kust. Hij loopt van Castillo de San Salvador de la Punta in Habana Vieja tot aan de Almendares River die Vedado scheidt van Miramar. Dit is de plek voor veel inwoners om te flaneren, met name in de namiddag of vroege avond. Terwijl verliefde stellen hier graag de zonsondergang bekijken. Ook spelen kinderen hier vaak voetbal. De bouw van de boulevard begon in 1901, toen de Amerikanen hier de dienst uit maakten. El Malecón werd in stukken gebouwd, pas in 1958 was hij klaar.
Het Cementerio de Cristóbal Colón is de oude begraafplaats van de stad. Hij stamt uit 1876. Hier liggen meer dan 800.000 mensen begraven, meer dan 500 hebben beeldwerken van bekende Cubaanse beeldhouwers. Hier liggen dan ook talloze bekende Cubanen begraven. De immense toegangspoort heeft Grieks-Romeinse invloeden. Aan het kerkhof is overigens een beroemde legende verbonden. Een moeder stierf in het kraambed. Ze werd in een kist begraven, terwijl haar baby in een kist er naast werd begraven. Maar toen de skeletten later werden opgegraven, lag de baby op haar borst. Sindsdien is het een bedevaartplaats voor katholieken.
Castillo de la Real Fuerza is in eerste instantie gebouwd tussen 1558 en 1577. Het wordt beschouwd als het oudste fort in dit deel van de wereld. Het werd destijds gebouwd om de stad tegen piraten te beschermen, maar opmerkelijk genoeg lag het fort te veel landinwaarts om de piraten tegen te houden. Koning Felipe II van Spanje, die toen hier de scepter zwaaide, gaf al in 1582 de opdracht het te vernietigen. Hij liet meteen een nieuw fort bouwen, dat ontworpen werd door Bartolomé Sánchez.
Ditmaal was de bouw wel succesvol, al kleeft er slavenbloed aan. De Spanjaarden gebruikten honderden slaven uit Afrika voor de bouw, die onder erbarmelijke omstandigheden leefden. Nadat de dreiging van de piraten was verdwenen deed het gebouw de eeuwen erna vooral dienst als woning voor Spaanse gouverneurs en militaire bevelhebbers. Een van de kenmerken van het fort e is de uitkijktoren, de Giraldilla. Deze kopie van de Giralda in Sevilla werd in de 18de eeuw gebouwd. In het fort zit tegenwoordig het Artistic Ceramic Museum.
Het Castillo del Morro behoort tot het oude verdedigingswerk van Havana. Het fort ligt aan de overkant van de Bahia de la Habana, de kleine baai in het hart van Havana. Dit imposante fort is een van de kenmerkende gebouwen langs de kustlijn. De bouw ervan startte al in 1589 en veertig jaar later werd het officieel geopend. De architect was de Italiaanse Jean Bautista Antonelli, die eigenlijk een militair ingenieur was. Volgens kenners creëerde hij een van de belangrijkste forten uit het koloniale tijdperk. Naast een fort diende het ook als vuurtoren voor binnenvarende schepen. Tegenwoordig is het kasteel een nationaal monument. Het fort maakt onderdeel uit van het Parque Historico Morro y Cabana, net als La Fortaleza de San Carlos de la Cabaña.
Het Fortaleza de San Carlos de la Cabaña kent een rumoerig verleden. Van hieruit werd de Cubaanse Revolutie geleid. Dit 18e-eeuws fort aan de haven van Havana werd in 1959 door Ché Guevarra en zijn rebellen ingenomen, waarna hij het als hoofdkwartier gebruikte. Maar de geschiedenis van het fort gaat veel verder terug. Koning Carlos III van Spanje gaf in 1763 opdracht voor de bouw.
La Cabaná was bij de voltooiing in 1774 meteen de grootste koloniale vesting in de Nieuwe Wereld. Naast een militaire basis was het een gevangenis tijdens het bewind van dictator Batista. Het fort lijkt tegenwoordig op een kleine stad met talloze restaurants en winkels. En het fort maakt nu, samen met het Castillo del Morro, deel uit van het Parque Historico Morro y Cabana.
Het Museo de Arte Colonial laat de koloniale rijkdom zien die hier in de 18e en 19e eeuw gewoon was. Het museum is ingericht in een beroemd huis dat ooit eigendom was van Don Luis Chacon, die lang de militaire gouverneur van Cuba was. Het gebouw is volledig gerestaureerd en in de vele kamers zijn allerlei koloniale kunstvoorwerpen te zien, maar ook meubels. Het is ook bekend vanwege de rijk gedecoreerde glas-in-lood-ramen. Het museum aan de Plaza de la Catedral opende in 1963 haar deuren.
Het idee komt van de Cubaanse kunstenaar Salvador González Escalona. In 1990 startte hij een project de Afrikaanse invloeden op de Cubaanse cultuur te laten zien. Volgens hem was het slavenverleden een belangrijke factor op het eiland. Hij bewerkte de vele muren in dit steegje met talrijke sprekende graffiti-werken die het verhaal van de Afrikanen vertelt. Ook is hier veel moderne kunst te zien. Inmiddels is de straat wereldberoemd en altijd gezellig druk.
El Cristo de La Habana, de Christus van Havana, is een 18 meter hoog wit marmeren beeld dat over Havana uit kijkt. Het beeld heeft wat weg van de wereldberoemde Cristo Redentor in Rio de Janeiro. Het grote beeld werd ontworpen door de bekende Cubaanse beeldhouwster Jilma Madera. Zij gebruikte daarvoor marmer uit de beroemde Italiaanse Carrara-vallei, het weegt meer dan 320 ton. Het beeld werd in 1958 op de heuvel geplaatst op een hoogte van 51 meter, zodat het van ver te zien is. Christus houdt een hand op zijn hart, terwijl hij de andere omhoog houdt. Zodat hij iedereen in de stad kan zegenen.
El Capitolio is, net als de naam, in de verte al herkenbaar. Hij lijkt sterk op Het Capitool, het beroemde overheidsgebouw in renaissance-stijl in Washington. Dit was een bewuste keuze van de architecten Raúl Otero en Eugenio Raynieri. De bouw begon officieel op 1 april 1926, op 20 mei 1929 gingen de deuren van het gebouw open. Tot aan de Cubaanse Revolutie in 1959 was het de zetel van de Cubaanse regering. Tegenwoordig is de Cubaanse Academie van Wetenschappen in het pand gevestigd. Bijzonder is het brons (met gouden) beeld in de hal, het Estatua de la Republica. Het beeld is een geïdealiseerde representatie van het nationalisme in Cuba, waarbij het beroemde Cubaanse model Lily Valty centraal staat.
Schrijf je in en blijf wekelijks op de hoogte van het laatste reisnieuws, tips en video's.
Het Gran Teatro de La Habana is het officiële theater van de stad. Het ging in 1838 voor het eerst open en is de thuisbasis van het Cubaans Nationaal Ballet. Het gebouw behoort tot de mooiste van Havana. In eerste instantie werd het in barokstijl gebouwd, in opdracht van de megalomane Spaanse gouverneur Miguel Tacón. Hij wilde in Havana het grootste theater van Latijns-Amerika bouwen.
Het immense project werd gefinancierd met slavengeld. Wie slaven importeerde uit Afrika moest een hoge belasting op de invoer betalen. In 1914 werd het theater gesloopt om Havana een nieuwe stijl te geven: neobarok. De Belgische architect Paul Belau kreeg de opdracht het nieuwe gebouw te ontwerpen. Naast het exterieur zijn ook de sculpturen die het theater sieren de moeite waard. Deze zijn gemaakt door Italiaanse beeldhouwer Giuseppe Moretti, die naar Amerika was verhuisd.
Het Museo de la Revolución is een opvallend paleis in Havana. Het werd gebouwd tussen 1913 en 1920. Het werd ontworpen door de Cubaanse architect Carlos Maruri en de Belgische architect Paul Belau, die ook meewerkte aan het Gran Teatro de La Habana. beroemde interieur komt van de hand van Louis Comfort Tiffany (vaak als Tiffany’s aangeduid) uit New York. Deze Amerikaanse glaskunstenaar en ontwerper is beroemd vanwege zijn gebrandschilderd glas, wat ook in dit museum te zien is. De Salon de los Espejos, de spiegelzaal, is vaak geroemd en heeft veel weg van de gelijknamige zaal in het Franse paleis van Versailles.
Het Museo Ernest Hemingway in Havana laat zien hoe de wereldberoemde Amerikaanse schrijver hier onder meer leefde van 1940 tot 1960 en werkte in de stad. Een gecompliceerd leven van de man die in 1953 de Pullitzer-prijs won met ‘The Old man and the Sea’ en een jaar later de Nobelprijs voor Literatuur mocht ontvangen. Zijn laatste levensjaren bracht hij op Cuba door. Waarbij hij met onder meer zware depressies te maken had.
Op 2 juli 1961 schoot Hemingway zich een kogel door het hoofd. In het museum zijn veel van zijn bezittingen, waaronder schrijfgerei, meubels en andere attributen, te zien. In 2009 gaf het museum zo’n 3000 documenten vrij van de schrijver, die hij in zijn Cubaanse villa achter liet. Specialisten hebben de talloze manuscripten, brieven en telegrammen gerestaureerd en gedigitaliseerd. Zodat ze bewaard zouden blijven.
Oud-Havana is het hart van de stad. En laat het koloniale verleden van Havana in optima forma zien. Gerestaureerde huizen staan hier naast half vergane huizen. Op de straten rijden Amerikaanse klassieke modellen, terwijl her en der auto’s worden opgelapt. De officiële naam van deze wijk is La Habana Vieja en dit deel is door UNESCO uitgeroepen tot Werelderfgoed. Hier kun je makkelijk een middag ronddwalen en de stad echt beleven.
Sinds 1978 wordt in Havana jaarlijks het jazzfestival gehouden. Het is een beroemd festival, waar zowel de nationale als internationale top aanwezig is. De data wisselen, soms is het in november, soms in februari. Check het internet voor de komende versie.
La Bodeguita del Medio (wat ‘de kleine bar in het centrum’ betekent) en La Floridia zijn twee wereldberoemde kroegen. Het is de plek waar Hemingway inspiratie opdeed voor boeken als ‘The Old Man and the Sea’ en ‘Islands in the Stream’. Wat hij meestal deed onder het genot van behoorlijke hoeveelheden rum. Dus een ‘mojito’ hier is verplicht. En ook kan al kun je geen boek schrijven; er is een alternatief. Je kunt hier je naam op de muur schrijven, net zoals Hemingway dat deed.
Dit nationaal monument kenmerkt zich door de diverse art-deco bouwwerken die naast elkaar zijn gebruikt. Moorse bogen en handgemaakte tegels uit de jaren dertig herinneren aan het maffiaparadijs dat dit hotel ooit was. Wie dan zin heeft in muziek en dans kan naar het Cabaret Parisién, een show in het hotel.
Dans, drank en muziek. Dat is Caribisch Carnaval. Wat de Cubanen elk jaar vieren, maar dan ook echt vieren. El Malecón is de plek om te zijn, al kun je ook in veel bars terecht. De datum varieert nog wel eens; meestal in februari, maar soms wordt dit volksfeest ook in juli of augustus gehouden. De datum waarop het komende carnaval wordt gehouden is op het internet eenvoudig terug te vinden. Hou er rekening mee dat de hotels al vroeg zijn volgeboekt, wees er dus snel bij als je dit wilt meemaken.
Het Museo de Ron laat zien hoe één van de belangrijkste drankjes ter wereld wordt gemaakt. Ook de diverse soorten komen aan bod, net als het proeven. Een verplicht nummer voor liefhebbers van de rum, maar ook van mojitos.
Corno's Reistips
Wil jij ook naar Cuba? Ik kan je hier goed bij helpen door je tips te geven op basis van mijn eigen reiservaring. En ik kan je helpen de perfecte reis samen te stellen. Ik werk samen met zelfstandige reisagenten die ook voor mij reizen samen stellen. Vraag hier jouw gratis reisadvies aan.
Wil je het liever zelf regelen? Of een complete rondreis boeken? Hieronder mijn tips om je reis al dan niet zelf of georganiseerd te regelen.
Georganiseerde rondreizen:
De stad heeft een onrustige geschiedenis. Ooit was het de belangrijkste havenstad voor de Spanjaarden in de Nieuwe Wereld. Piraten plunderen de stad en branden het plat. De Engelsen veroveren het en ruilen het weer voor Florida. Terwijl in de afgelopen eeuw zowel de Verenigde Staten als Rusland een duistere rol spelen. En vergeet de rol van de maffia niet. Geen wonder dat Ernest Hemingway hier veel inspiratie opdeed voor zijn boeken.
Het verleden ligt hier letterlijk op straat. Het oude deel van de stad verdrinkt bijna in de monumentale gebouwen. Op de wegen rijden Amerikaanse klassiekers en lelijke Lada’s zij aan zij. Omdat Cuba lang de grootste producent van suiker is geweest stroomde er veel geld de stad in. Door de eeuwen heen is veel geld omgezet in huizen, gebouwen, kerken en talloze parken.
Op diverse plekken liggen nog kinderkopjes, terwijl sommige inwoners nog met paard en wagen de stad intrekken. En de sfeer is altijd heel relaxt. Deze combinatie van culturen en het rijke verleden bezorgde de stad de naam: ‘de parel van de Cariben’.
Aan de andere kant zijn invloeden van buitenaf nog steeds zeer beperkt. Zo is er bijvoorbeeld geen McDonald’s (of welke buitenlandse winkelketen dan ook) in het straatbeeld te vinden. En zijn er opmerkelijk weinig schreeuwerige reclameborden. Al is veel van het verleden nog te zien in de stad; ook de verloedering slaat toe.
Zorgde het straffe bewind van Castro al voor weinig rijkdom, de ineenstorting van het communisme in het Oostblok bracht nog minder welvaart. Mensen hebben weinig geld. Bij veel gebouwen is duidelijk te zien dat er sprake is van achterstallig onderhoud.
Maar het socialisme zorgde aan de andere kant ook voor het in stand houden van veel gebouwen. Simpelweg door het verbod op privé-eigendom en speculatie. Dus is de sfeer van het koloniale Havana nog steeds op te snuiven. En, zorgden eerder de suikerplantages voor veel inkomsten, tegenwoordig is het toerisme een belangrijke factor voor het in stand houden van bijvoorbeeld een aantal monumenten.
Het hele jaar is eigenlijk goed voor een bezoek, al zijn er wel verschillen per seizoen.
De zomer loopt van mei tot oktober, waarbij er ook een bui kan vallen. Dit deel heeft ook geregeld problemen met tornado’s. ‘Hurricane-season’ valt tussen juni en november, met statistisch gezien rond oktober de meeste tornado’s.
Van december tot april is het erg druk in de stad. De Cubanen vieren zelf in juli en augustus vakantie, waarbij ze graag de lokale stranden opzoeken.
Kerst, Pasen en de week rond 26 juli zijn erg druk. Eind juli vieren de (meeste) Cubanen hun revolutie.
198 personen hebben dit op hun Bucket List staan.
178 personen zijn hier geweest