Nog geen account?
Ooit was dit park mooier dan het beroemde Kruger National Park
35 personen hebben dit op hun Bucket List staan.
8 personen zijn hier geweest
Gorongosa National Park in Mozambique kent een unieke geschiedenis. Een rijke Amerikaan stopt miljoenen in het park om het weer de oude status te geven. Als je hier komt, krijg je alles te horen over de glorie en de rijkdom. En je kunt op safari om de talloze wilde dieren te zien. Maar Gorongosa heeft meer bezienswaardigheden. Ook maakte ik een aantal excursies met de lokale bevolking.
Die Amerikaan is de filantroop Gregory C. Carr. Hij is rijk geworden door als één van de eersten internetdiensten aan te bieden in de jaren negentig. Tegenwoordig wil hij ‘goed’ doen. In totaal investeert hij maar liefst 40 miljoen dollar in het park. Waarna toeristen voor inkomsten moeten zorgen, voor de dieren én voor de lokale bevolking.
Ik ging zelf kijken in dit afgelegen deel van Mozambique. Wat direct opvalt is overal wordt gebouwd. Aan de bar slechte weg er naar toe, maar ook de toeristenverblijven en de hekken rond het Chitengo Safari Camp. Het zwembad is al wel af, wat geen kwaad kan met temperaturen van dik 30 graden en een luchtvochtigheid van 80 procent.
Het is een meer dan intrigerend verhaal, zeker voor mensen die vaker in Afrika zijn geweest. Een safari is hier anders dan in andere gebieden waar je op reis kunt. Dit park is in oprichting, nadat bijna alle dieren waren gestroopt. Wie het gebied bezoekt, ziet hoe een jarenlang project langzaam vorm krijgt.
Een berg doorklieft het verder vlakke landschap. De 1.863 meter hoge Mount Gorongosa hoort bij het park, en zal ooit letterlijk de kroon van het nationaal park worden. Al zie je het niet altijd, duidelijk is wel dat de diversiteit hier groot is.
Verwacht dus (nog) geen grote aantallen dieren, maar een ecosysteem dat zich langzaam herstelt. Ooit liepen hier meer dan 2.200 olifanten, 200 leeuwen, 14.000 buffels, 5.500 blauwe gnoes, 3.000 zebra’s, 3.500 waterbokken, 3.500 nijlpaarden en kuddes van eland, sabelantilope en hartebeest. En, het gebied was beroemder dan Kruger Nationaal Park, tegenwoordig één van de iconen van Afrika.
Het is triest maar waar, alleen de waterbokken zijn nog massaal aanwezig. De reden is simpel: hun vlees is niet lekker. Door het gebrek aan roofdieren struikel je bijna over de wrattenzwijnen, groene bavianen en oribi’s. Maar het aantal leeuwen groeit inmiddels weer, net als het aantal olifanten. Terwijl er inmiddels ook Afrikaanse wilde honden rond lopen. Al blijft stroperij een groot probleem, want het park heeft geen hek. En rondom het park leven veel mensen.
Het piepkleine bootje brengt mensen naar het dorpje aan de overkant. En niet zonder reden. Twee vrouwen zijn hier de afgelopen maanden nog gedood door nijlkrokodillen. Het bord bij het water waarschuwt overduidelijk de lokale bevolking voor de gevaren, maar ik zie toch nog een man op zijn gemak de rivier door waden.
Het is voor een Westerling soms lastig te begrijpen. Dit is letterlijk een andere wereld. Met de lokale bevolking praat ik over stroperij. Ze kijken al eeuwenlang anders tegen de dieren aan dan ik. Sterker nog, velen van hen begrijpen niet waarom toeristen naar de dieren komen kijken. En foto’s maken. Terwijl zij al jaren geen koedoe, buffel of zebra hebben gegeten.
Het is een immens gebied van meer dan 4.000 km2. Met al zijn problemen en mogelijkheden. Jaarlijks overstroomt een groot deel van het park. Het natte seizoen verandert de bossen en savannes in een ruig moeras. De eerste buien vallen, het gebied komt nog meer tot leven. Dit is ruig Afrika.
Dit gebied is volop in ontwikkeling. Meer en meer komt het in oude staat terug. Waardoor je de schoonheid meer en meer ziet terug keren. Wie hier reist, ziet al snel dat dit gebied een immense potentie heeft. Met recht een paradijs in wording. Ooit kom ik hier nog eens terug, dat is zeker.
35 personen hebben dit op hun Bucket List staan.
8 personen zijn hier geweest