De ruige Dolomieten, eindeloze alpenweiden en het Gardameer. Maar dit deel van Italië biedt meer.
Lees verder
Trentino ken ik vanwege de ruige Dolomieten. Maar de groene valleien verrasten me. Net als de vele meren. Deze buitenspeeltuin biedt een bonte mix van fiets- en wandelpaden. Zelfs de natuur heeft hier het verfijnde temperament van Italië.
Ontdek dit heerlijke stuk Italië zelf!
Een lichte klim pak je het best aan met een fikse tred. In ieder geval de eerste honderd meters. Het is nog vroeg, maar het luie zweet komt al te voorschijn. Druppels gaan over in straaltjes. Hoog tijd om even uit te rusten en het landschap in me op te nemen.
Ik sta letterlijk stil bij het landschap. Witte rotsen torenen boven de bomen uit, vogels zingen tussen mijn gepuf door. Ik zie overal bloemen. De piek is in zicht en enkele kinderen komen op hun gemak voorbij. De Dolomieten in optima forma. Wat heb ik nog meer nodig?
De top biedt een fraai uitzicht over het gebergte. In de verte zie ik wat mensen zweven op de wind met hun parapente-schermen. Al met al een tastbare afsluiting van een actief dagje, al is actief iets te veel eer voor mijn daden.
Misschien is het contrast met de vorige dag te groot, en laten de spieren zich daarom voelen. En misschien heb ik gisteren iets teveel gegeten. Maar het indrukwekkende decor doet alles vergeten, voor even dan.
Gelukkig verschijnen er meer en meer speciale fietspaden. Trentino dient qua fietstoerisme-voorzieningen als model voor alle overige Italiaanse provincies. Het fietspadennetwerk is bijna 400 km lang, een unicum in Italië.
Een goed voorbeeld van een nieuw fietspad loopt door Valle dell’Adige. De route begint bij het stadje Valsugana. Het vlakke pad slingert door het landschap. En biedt alle kansen om rustig om me heen te kijken. Hier fietsen is een rustige opmars voor het zwaardere werk later.
Het fietspad eindigt bij Levico Therme, de naam zegt het al. Levico is een beroemd kuuroord, het water heeft veel arsenicum en ijzer in zich. En op loopafstand van het centrum ligt het meer van Levico. Maar dat is pas voor straks, eerst nog even wat kilometers maken.
Nadat ik de verharde wegen heb bereden, roepen de bergen. Ik zoek grind en stof in plaats van asfalt. In de verte doemen de steile rotsen van de Dolomieten op. Veel beter kan mijn uitzicht niet zijn.
Hoog tijd om de inwendige mens te verwennen. Ik zoek een restaurantje met het logo ‘Osteria Tipica Trentina’, dit staat voor lokaal en vooral vers eten. Oftewel het goede leven van de streek. Ik vind er al snel eentje.
Ik heb me goed ingelezen. Trentino staat onder andere bekend om de appel, de honing, de diverse soorten kaas en uitstekende wijnen & prosecco. Maar toch leer ik wat. Ik proef dat er meerdere soorten prosecco zijn: spumante (sterke bubbel) en frizzante (minder sterke). Onder meer bij het beroemde wijnhuis Ferrari, waar ik een rondleiding en proeverij doe. Een feest voor de smaakpapillen.
De aangesloten bistro’s en restaurants gebruiken verse ingrediënten uit te regio en serveren maaltijden met eeuwenoude receptuur. Je moet het proberen om er over mee te kunnen praten hoorde ik. Ik ga er eens goed voor zitten en laat me verrassen.
Ik wil best een dag wandelen in Valsugana, maar dan wel door extreme landschappen. De start is op een van de alpenweides met weids uitzicht over een meer, al snel struin ik door de naaldbossen waar het zicht beperkt is. Net als het licht. Om uiteindelijk alleen nog maar rotsen te zien, totdat ik over de bergen heen kan kijken. De wind begroet me en het is tijd voor de lunch. Mijn benen krijgen rust, mijn geest ook. De totale leegte overvalt me en slaat ook toe in mijn hoofd.
Fietsen is leuk, maar niet voor iedereen te doen. Daarom zijn in 2013 in onder meer Valsugana de elektrische fietsen geïntroduceerd. En de fietshotels, waar je bagage elke dag naar toe wordt gebracht. Dat moet ik ook eens proberen, zodat ik in ieder geval weet wat het is.
En eerlijk is eerlijk, je maakt toch wel wat meer kilometers met een motortje en zonder bagage. Zodat je meer van de omgeving ziet. Ach, nu ik eenmaal onderweg ben kan die heuvel er ook nog wel bij. Ik stop bij een ‘bicigrill’, een grillrestaurant langs een fietspad. Dat is een synoniem voor een lekker zonnetje en heerlijk eten en drinken.
Wie vroeg in het seizoen gaat kamperen kan aan de bosrand kamperen. Of aan het water, want ook die plekken zijn er hier voldoende. Of in een alpenweide bij een boer. Ik trek graag wat rond om diverse landschappen te zien als de zon onder gaat. Gelukkig zijn de dagen in het voorjaar en de zomer lekker lang.
Een kathedraal van boomtakken, wolven van takken en nog veel meer driedimensionale gemaakt van stenen, bladeren, takken of stammen. Moeder Natuurs producten staan centraal bij het wonderlijke Arte Sella.
Ik dwaal over de ArteNatura langs de diverse kunstwerken die verspreid liggen in de bossen aan de zuidkant van de Monte Armentera. Dit Moderne Kunst-project begon in 1986 en is inmiddels uitgegroeid tot een ware publiekstrekker.
Bijzonder is het om met een mountainbike naar Val di Sella te fietsen. Of per e-bike vanuit Levico Terme, via een 15 km lang fietspad klim je (hoogteverschil 620 meter met ondersteuning) naar Arte Sella.
Veel mensen beginnen al te zuchten bij het horen van het woord ‘mountainbike’. Zeker hier, in de heuvels en bergen van Trentino.
Maar je kunt ook met een lift of auto eerst omhoog en dan op je gemak de berg af. Met af en toe een stop voor een foto of bij een berghut voor een drankje. Op deze manier combineer je inspanning met ontspanning. En geniet je optimaal van het gebied.
En wil je je lichaam rust geven dan kun je terecht in de ‘oude badplaats’ Levico Terme, waar je kunt bijkomen in de diverse thermen.
Valle di Ledro, niet echt een naam die direct associaties oproept. Deze regio ligt in het zuiden van Trentino op slechts een paar kilometer van het beroemde Gardameer. Dit is een plek voor liefhebbers, waar je het landschap van meren en bergen op een actieve manier kunt beleven. Om daarna tot rust te komen in de bossen of lekker te eten in de dorpjes.
De onbekende meren van Trentino, het klinkt als een goed boek. Maar heb je weleens van Valle di Ledro gehoord? En dan bedoel ik het meer, dat dezelfde naam als de regio heeft. Terwijl ik er rondloop, hoor ik dat het één van de meest zuivere van Trentino is. Goed om te zwemmen dus.
Door de aanwezige bries is dit een goed meer om te zeilen. Er worden hier zelfs regatta’s en internationale competitiewedstrijden georganiseerd. Ga ik kanoën probeer ik er omheen te fietsen op de ruim 200 kilometer fietspaden. Ik probeer het in een kano, met de wind mee.
Weg van de bewoonde wereld. Van de gebaande paden, en meer van dat soort termen. Op zoek naar rust, ruimte en uitzichten. Het Ledromeer is daarvoor ideaal. En doordat het meer geregeld in het decor opduikt krijg je de mooiste panorama’s.
Bijvoorbeeld vanaf Tremalzo zie je het Ledromeer en het Gardameer. En zie je mountainbikers en zelfs paragliders voorbij vliegen. De bergen zijn niet extreem hoog, zodat je hier lekker los kunt gaan. Er is genoeg keuze, vraag maar bij de lokale VVV.
Wie van eten houdt kent de Italiaanse keuken. Forel is hier met name een populaire maaltijd. Je kunt zelf je hengel uit gooien en dan (bij succes) proeven. Je merkt het vanzelf, je smaakpapillen helpen je.
De Italiaanse keuken is extreem divers, wat me keer op keer verbaast. Zeker als je vaker naar Italië bent geweest, kom je die keukens van het land tegen. En die in het noorden is een combinatie van de Alpen (en omliggende landen) en de overbekende pasta’s bijvoorbeeld. Waardoor je talloze combinaties kunt proberen. Proef zelf maar.
Door een waterval van 25 meter hoog. Vol overgave door een rivier waden, over rotsen klimmen en van rotsen af springen in het water. Dwars door de Palvico-stroomversnelling of de Rio Nero. En ja, canyoning is leuk. Erg leuk zelfs. Gelukkig krijg ik speciale kleding zodat het ijskoude bergwater me niet verlamt. Mijn gezicht is niet bedekt, dus als er water op komt ben ik klaar wakker. En door de adrenaline word je hyperactief en denk je de gehele Dolomieten op deze manier te kunnen nemen. Al is een sprong van bijna tien meter hoogte in het water ook even een momentje om alles te overdenken.
Wakker worden met uitzicht over het water, de heuvels van Trentino vormen het decor. Een vers gezet kopje koffie heeft nog nooit zo goed gesmaakt. Ik sta op een rustige camping in het voorjaar en geniet van de rust. Net als veel Nederlandse gezinnen dat doen, want de Italiaanse meren zijn populair. En gelukkig zijn er nog rustieke plekken te vinden bij Valle di Ledro. Er zijn hier nog kleinschalige campings te vinden om dit deel van Italië optimaal te beleven.
Op mijn agenda staan in Val di Fassa staan: Een mix van ontspannend fietsen en intensief mountainbiken, een trektocht van berghut naar berghut en het proberen van parapente. Het kan hier allemaal. En het kan alleen, met zijn tweetjes of met je gezin. Het is bijna niet voor te stellen dat dit in de winter een populair wintersportgebied is en in het voorjaar en zomer totaal anders is.
Ik passeer gras, bloemen en wat verdwaalde hutten. Verder niets, op wat vogels na. Frisse berglucht in een eindeloos diorama. De pedalen gaan rond, ik ben in mijn sas. Als mens heb je soms weinig nodig.
Na een paar uur verruil ik de fiets voor de mountainbike. Door dichte naaldbossen en natuurlijk ook langs de steile rotsen voor de ultieme uitdaging. Zweet is overtollig aanwezig, mijn glimlach ook. Ja, dit kan ik wel aanbevelen. Wie naar Trentino gaat, moet dit uit proberen. Fietsen zal niet meer hetzelfde zijn.
Na actief bezig zijn is het lekker om de zintuigen te prikkelen. Bijvoorbeeld met de Italiaanse keuken, al is die van Trentino anders. Hier vind je een bijzondere mix van stevig bergeten en de fijnbesnaarde Italiaanse keuken. Met één overeenkomst: Alles is vers.
Zeker bij de eco-boer, waar drie varkens komen aangehobbeld. Ze knorren blij in de modder. Ganzen duiken weg voor mijn voeten en wat paarden spelen in de wei. Hij legt me agriturismo uit: Oftewel hoe ze op biologische wijze kaas maken, brood en diverse soorten vlees. Alles wordt opgediend met melk en een alcoholische versnapering. En heerlijke afwisseling van het driegangenmenu dat ik vanavond ga proeven.
Het landschap is uniek, zeiden ze vooraf. De vrienden hadden gelijk. De Dolomieten zijn anders dan elk berggebied dat ik ooit heb gezien. De steile pieken staan als poortwachters in het landschap. De rotsen zijn opvallend grijsgeel van kleur, het is raar te realiseren dat dit ooit een zee was.
Wat nog wel te zien is als je goed kijkt. Hier liggen nog talloze fossielen van schelpen en zeeplanten bijvoorbeeld. nu is dit het domein van gemzen, steenbokken en alpenmarmotten. Die ik op mijn tochten allemaal te zien krijg, als een soort toetje.
Het gaat toch nog sneller dan je denkt. Voor je het weet ren je de heuvel af en neemt de wind je mee. En zweef je, al trappelen mijn benen nog wat na in het luchtledige. Ik kom tot rust, alleen het suizen van de wind is hoorbaar. En eerlijk is eerlijk, parapenten in dit soort omgevingen is toch wel je van het. het uitzicht is fabuleus en je voelt de thermiek aan het zeil trekken bij de steile rotsen. hoger en hoger, keer op keer. Dit kan ik uren volhouden…