Over Sri Lanka hoor je niet zo veel. Vaak is dat een goed teken. Hoog tijd voor een rondreis; dwars over het eiland.
Lees verder
Over het eiland Sri Lanka hoor je niet zo veel. Vaak is dat een goed teken, toch? Ik maak een rondreis; dwars over het eiland. Van de goudgele stranden naar de bergen, langs theeplantages en op zoek naar olifanten en luipaarden in nationale parken.
Ontdek Sri Lanka met ANWB Reizen
Corno ging met ons op reis door de meest groene parel van Azië; Sri Lanka. Ga je met FOX op reis, dan ontdek je de mooiste plaatsen, maar wordt ook lekker vakantie vieren niet uit het oog verloren. Tip: combineer je reis met de Malediven en vlieg rechtstreeks vanaf Male terug met Emirates. Kies je voor een groeps- of singlereis of juist voor een flexibele privéreis? Wij nemen je graag mee.
Bekijk het uitgebreide reisaanbod van ANWB Reizen naar Sri LankaSri Lanka krabbelt op na de burgeroorlog. Het is een uiterst divers eiland met een geheel eigen karakter. Mijn rondreis voert langs de beroemde theeplantages, langs uitgestrekte stranden, nationale parken vol met olifanten en veel historie van oude koninkrijken tot de koloniale Engelsen.
Een verrasmoment, ik hou er van. De oude trein puft en steunt. We volgen het strand met her en der een dorp. Op een perron stapt een man met een keyboard in. Hij gaat zitten, plugt zijn instrument in de luidspreker en begint te spelen.
Binnen een minuut zingen en klappen talloze reizigers mee. Het wordt al snel een feestje, met name als Jingle Bells wordt ingezet. Wat toch apart is in de tropen. Zeker in het voorjaar…
Dit is waarom reizen zo leuk is. En waarom ik graag met het lokale vervoer ga. Zo wil ik een afgelegen dorp bezoeken, al heeft het vannacht hard geregend.
Ik verwacht een stoere vierwielaangedreven terreinauto. Maar er komt een tuktuk voorrijden, met vrolijke muziek uit de speakers en een breed lachende chauffeur.
Hij laveert zijn driewieler langs plassen, door modder en over erg smalle wandelpaadjes.
Ik word letterlijk voor de deur afgezet, waar eigenlijk geen weg is. De chauffeur ziet mijn verbaasde gezicht en moet nog harder lachen. Luid meezingend gaat hij er weer vandoor.
Naast het huis staat een hutje op palen. Het is eigenlijk niet meer dan een afdak. Ik zie een matras liggen. Het blijkt nog gebruikt te worden als uitkijkpunt.
,,Hier slaapt altijd iemand om te reageren als er olifanten komen. Ze zijn dol op onze gewassen.”
Dit is waarom reizen zo leuk is. En waarom ik graag met het lokale vervoer ga.
Hij grijpt een touw dat in verbinding staat met twee lege jerrycans. Een oorverdovend geluid is het gevolg. ,,Meestal krijgen we ze hier wel mee weg.”
Op mijn vraag hoe vaak dit gebeurt, antwoordt hij: ,,Elke dag, in de nacht…”
Zo is het dus om te leven naast het regenwoud. Met dieren die ik dolgraag wil ontmoeten, al begrijp ik dat de bewoners dat heel anders zien.
Ik krijg een uitgebreide lunch, waarbij direct wel een vraag naar boven komt. Sri Lanka heeft een zeer uitgebeide keuken, maar je hoort er nooit wat over. Hoe kan dat?
Het eiland ligt net onder India, dus de curry’s zijn geen verrassing. Je vindt ze hier in alle soorten en maten. Met kip, maar ook met pompoen. Met vis, maar ook met jackfruit (familie van de moerbei). Het is feitelijk ‘slechts’ een manier om een gerecht te bereiden.
Ik zie op een tafel maar liefst negen verschillende curry’s. Dat wordt lastig kiezen. De lunch is speciaal voor mij iets minder pittig gemaakt. ,,We noemen dit ‘light spicy’. Want jullie (lees toeristen) zijn dit niet gewend. Te heet, waardoor je niets meer proeft en huilt in plaats van lacht.”
Je kunt op veel plekken in Sri Lanka niet zomaar ergens gaan eten, want dan is de kans groot dat je te scherp eet. En dat je maag overstuur raakt. Behalve in de steden en toeristengebieden, daar kun je wel eenvoudig ‘milde’ restaurants vinden.
,,Veel mensen denken dat de curry’s zo heet zijn, maar het is simpelweg het aantal pepertjes dat er in gaat. En die zijn er in alle vormen en maten. De boer heeft dezelfde specerijen als in elke normale curry wordt gebruikt, maar het hete is er van af.
De geuren zijn overweldigend. Wat een ongekende diversiteit aan eten. Ik krijg een kijkje in de keuken, letterlijk. Alles wordt gemaakt op houtvuur; van de roti’s tot de zwarte kip. Die niet aangebrand is, maar gemarineerd met veel donkere kruiden. Als ik vraag hoeveel, zucht hij. ,,Zo’n 20, kunnen er ook meer zijn.”
Altijd maar foto’s van de zon gaat ook vervelen. En Sri Lanka is niet voor niets zo groen. Hmm, ik heb alleen geen regenjas of paraplu bij me. Even voelen, het is warme regen. Een douche, maar dan anders.
De regenwolken hangen als mist rond de rots. Zoals het hoort bij een mystieke plek… Ik zie apen in de bomen slingeren en op een terras ligt een varaan. Hij laat zijn gevorkte tong zien om me te ‘voelen’.
Ik voel ook wat; rillingen. Al vind ik deze dieren erg mooi. Het zijn al eeuwen de enige bewoners van dit UNESCO-Werelderfgoed.
Zeker is wel dat het werd gebouwd door koning Kassapa I, die hier leefde tussen 477 en 495. Waarna het een klooster werd. De naam Leeuwenrots komt van de vorm, die wat weg heeft van een leeuw.
Als ik bovenop kom, sta ik alleen. Iedereen schuilt voor de regen. Door de wolken heen kan ik eindeloos ver kijken. Ik voel me een koning te rijk. Voor even dan.
Lees mijn tips voor de leeuwenrots Sigirya
,,Het ruikt niet alleen lekker, maar is ook vooral gezond,” aldus de gids. Hij is ‘herbalist’, ik zoek naar een Nederlands woord. Maar kruidendokter vind ik veel vager klinken. Ik loop door een woud van groen, maar dit woud herbergt veel geheimen.
De gids laat de planten zien, kneed sommige bladeren fijn en smeert ze op mijn arm. ,,Tegen spierpijn.” Hij geeft me ook iets tegen zonnebrand, nierstenen, hoofdpijn en nog veel meer.
Alles gaat op basis van Ayurveda, een levenswijze met een geneeskundig systeem dat al meer dan 5000 jaar bestaat. Ayur betekent ‘leven’ en Veda is ‘weten’.
Maar er alleen er over praten helpt niet is hier de denkwijze. Daarom krijg ik ter plekke een intensieve hoofdmassage en rugmassage. Niet in een kamertje, maar in het woud. Met aloe vera, sandelhout en kurkuma, dat laatste ken ik alleen van de keuken.
Ik hoef er niet voor te betalen, maar een fooi wordt zeer gewaardeerd. Dat is geen probleem. Het geeft dit soort excursies net even iets extra’s. Heerlijk.
Er zijn er meerdere in Sri Lanka. De dieren en hun eieren zijn een lekkernij hier, waardoor er steeds minder zeeschildpadden te vinden zijn. Dus proberen lokale natuurbeschermers de dieren te redden.
,,Zeeschildpadden eten kwallen, kwallen eten vis en inktvis, dus ze zijn het beschermen waard.” Zo legt de gids bij de rondleiding het op een eenvoudige manier uit aan de vissers.
En met succes. ,,Vissers komen nu zelfs dieren brengen die in hun netten vastzitten. Terwijl ze recent nog aartsrivalen van elkaar waren.” Ze wijst op een zeeschildpad die in een van de bassins rond zwemt.
Op het strand heeft ze honderden eieren begraven. Met een stuk gaas eromheen zodat honden er niet bij kunnen. ,,En mensen, want nog niet iedereen beseft dat Moeder Natuur niet onuitputtelijk is.”
Ik zie tientallen jonge schildpadjes zwemmen. De diertjes zijn drie dagen oud. Ze botsen voortdurend tegen elkaar. Zo teder, zo lief, zo guitig. Ze worden binnenkort in de zee vrijgelaten, maar lijken er nu al niet op te kunnen wachten.
Het is goed om te zien dat de lokale bevolking zich in zet voor deze dieren. En ik zal ze, als ik ze tegen kom bij het snorkelen, met nog meer egards behandelen.
De theeplantages van Sri Lanka; gedrapeerd als een lappendeken op de glooiende heuvels. Geïntroduceerd door de Engelsen en inmiddels wereldberoemd. Om de smaak, alsook om de heerlijke omgeving.
Meestal vind ik dat erg irritant, maar nu niet.
Tijdens deze reis ga ik diverse keren op safari. Onder meer om de Aziatische olifant in het wild te zien, want Sri Lanka telt de meeste wilde olifanten van heel Azië.
Het relatief onbekende Kaudulla National Park ligt aan een rivier. De olifanten komen hier graag hun favoriete maaltje gras halen. Ik zie diverse grote groepen van deze machtige dieren. Maar ook een eenzame olifant die langs een meer loopt. Het is net een ansichtkaart, zo mooi.
Ik zie een jong olifantje. ,,Deze is nog maar enkele weken oud,” zegt de gids. Hij wil spelen, maar zijn moeder wil eten. Met haar slurf schudt ze het zand van de graspollen; kijk maar:
Al mijn nieuwe reisvideo's zien? Abonneer je dan op mijn YouTube kanaal.
Het is een kleurenschouwspel dat bijna zeer doet aan de ogen.
Dit is het beroemde Yala Nationaal Park, de beste plek om deze groot uitgevallen poes te spotten. Ik ga zowel in de namiddag als in de vroege ochtend, om mijn kansen te vergroten.
Een mannetjespauw klimt op een rots en laat zijn verentooi zien. Parmantig draait hij rond, zodat iedereen het kan zien. Het is een kleurenschouwspel dat bijna zeer doet aan de ogen. Hij wil maar liefst drie vrouwtjes imponeren, al lijken ze niet echt onder de indruk.
Op het pleintje worden in de kraampjes de vissen netjes neergelegd. Soort bij soort en de grootste vooraan. De handelswaar wordt nauwgezet bekeken en gewogen. Welkom op de rumoerige vismarkt van Negombo.
Vrouwen en mannen onderhandelen over de prijs, met veel handgebaren en stemverheffingen. Zou hier de uitdrukking elkaar voor rotte vis uit maken vandaan komen?
Al zie ik ook inktvis die netjes te drogen wordt gelegd in de zon. ,,De vis blijft zo maandenlang goed.” Waar ik ook kijk, overal zie ik vis liggen. Een strand vol gezouten en gedroogde vis; wonderlijk.
Een strand vol gezouten en gedroogde vis; wonderlijk.
En je hebt nog een keuze; sluit je de reis af met stranden op Sri Lanka of doe je het decadent?
Dan kun je ook de wereldberoemde stranden van de Malediven mee pakken. Deze tientallen idyllische koraaleilanden liggen op anderhalf uur vliegen. Ik doe beiden. Niet omdat het moet, maar omdat het kan…