Lees verder
Ik ga met de trein op reis naar het populaire skigebied Obertauern in Oostenrijk. Het ligt in de bekende Alpen. Maar is er meer mogelijk om de gevolgen van mijn reis minder te maken?
Ga ook op wintersport!
Wil jij ook op wintersport vakantie? Bijvoorbeeld in het heerlijke Oostenrijk, kijk dan bij deze partijen voor jouw vakantie:
Ter plekke wil ik ook kijken wat de bestemming doet om hun voetafdruk te reduceren. Zoals op veel plekken al gebeurt hoor ik. Maar wat doen ze dan? En hoe pakken ze het aan? Ik kies voor Obertauern, een bekend sneeuwzeker gebied. Het ligt in het SalzburgerLand in Oostenrijk.
Mijn voeten zakken diep weg in de verse sneeuw. En dat terwijl ik handige sneeuwschoenen aan heb om juist niet weg te zakken. Het is eerder klimmen en klauteren in 1.80 meter diepe sneeuw. ,,Zonder sneeuwschoenen waren we kopje onder gegaan,” lacht de gids, terwijl hijzelf door de sneeuw ploetert. Het sneeuwt zacht, veel beter kan het niet.
Je moet wat wijdbeens lopen, want de ijzers onder de speciale bladen zijn messcherp. Ik wil wel graag mijn skispullen heel houden. Maar de speciale schoenen zorgen wel voor veel grip. Het is een van de duurzame activiteiten die ik ga doen naast skiën. Op eigen kracht door de sneeuw ploeteren is heerlijk vermoeiend. Dit is spelen in de sneeuw, waarbij je lekker actief bent. Een veel mooier gevoel is er niet.
Obertauern is een van de meest sneeuwzekere gebieden in de Alpen. Dit komt vooral door de ligging. Waardoor het gebied zowel sneeuw uit het noorden als het zuiden krijgt. Dit wintersportgebied hoeft weinig sneeuw bij te maken om groene weides te voorkomen. Een ontwikkeling steeds vaker in de dalen te zien is. Gelukkig wordt bij groen steeds vaker duurzaamheid bedoeld.
Het reizen naar de wintersportbestemming kan in 2023 opvallend groen; er zijn nu speciale skitreinen van Nederland naar Oostenrijk. Iets wat ik tientallen jaren ook al eens probeerde. Die treinen bleken destijds niet rendabel. Maar door de global warming is duurzaam reizen (of in ieder geval duurzamer reizen) voor veel mensen een belangrijk ding geworden. Inmiddels is er een heuse revival van treinreizen aan de gang, voor stedentrips, maar ook voor wintersport. Dat ik graag opnieuw probeer.
Ik kies de nieuwe Skitrein van TUI. Opstappen kan in Amsterdam en utrecht, maar dat zijn de enige twee stations. De trein stopt in Oostenrijk 15 keer bij talloze bekende plaatsen. Ik stapte op in Utrecht, uitstappen was in het bekende Bischofshofen. Daarna was het nog 45 minuten met de lokale bus. Maar wel in een heerlijk winterlandschap.
Deze reis is goed te doen, al kost het veel tijd. Ik was in totaal zo'n 16 uur onderweg, dat is inclusief slapen. Daarnaast had ik leuke gesprekken met mijn medereizigers. Ook zij zijn voor het eerst met de trein. In de coupe kunnen 5 mensen zitten en slapen, die er wel wat oud uit ziet merk ik.
Je kunt goed slapen in de trein. Er zijn extra bedden, die je uit kunt klappen. Deze zijn helemaal vlak. Kussen en laken kun je bij bestellen. Ik had een slaapzak en eigen kussen bij me, zoals vaak op mijn reizen. Ook kun je online een kleine dinerbox en ontbijtbox vooraf regelen. Er is geen restauratiewagon, wel komt er geregeld iemand met een karretje met snacks en drankjes voorbij.
Waarna het wakker worden heerlijk is. In het eerste daglicht vliegt het landschap voorbij. Een deel van de reis is overdag in Oostenrijk met sneeuw en een fijn uitzicht. Een kop koffie is extra lekker. Het is genieten van het uitzicht met overal sneeuw, bergen, kloven en dorpen. De trein stopt bij de diverse bekende, en minder bekende, wintersportplaatsen.
Het skigebied van Obertauern is vermengd met een natuurgebied. Met delen waar je in de winter niet mag komen. Er groeit hoogveen, oftewel een moeras op hoogte waar veenmos groeit. Dat als een deken ligt over het vele water dat uit de bergen komt.
In de zomer broedt hier onder meer de blauwborst. Het is een fraaie vogel die ook in ons land wordt beschermd. De vogel is gevlogen: logischerwijs naar warmer oorden in dit geval. Om in het voorjaar weer terug te komen, nadat de dooi is ingezet en alle wintersporters weer weg zijn.
De restaurants langs de piste zijn vaak gezellig en perfect voor een hapje en een drankje. Sommige restaurants hebben een bijzonder verhaal, zoals Dikt’n Alm. Hij is vernoemd naar de alm waar, oftewel alpenweide, waar hij staat. Het ligt op 1.816 meter hoogte en is eigendom van Bernhard Mooslechner en zijn vrouw Maria. Het is gezellig druk als ik binnen kom. Ik hoor diverse talen: Duits, Hoog-Duits (Oostenrijks), Nederlands en Engels. En het ruikt er heerlijk.
Het echtpaar runt een traditionele berghut, al is het eigenlijk meer een bergboerderij met koeien en varkens. Maar het is ook een restaurant, dat direct aan de piste ligt. Ook maken ze eigen schnapps, boerenspek en nog veel meer lekkere dingen.
Een kijkje in de keuken, ik krijg hem letterlijk. De kok, die hier al 24 jaar werkt, laat zien hoe de meest populaire gerechten worden bereid. Hij glimlacht van oor tot oor tijdens zijn werk. Dit is een stop voor al mijn zintuigen. Ik geniet er nu al van.
,,Daar waar je net hebt geskied, staan in de zomer de koeien te grazen. En laten de guitige bergmarmotten zich zien en vooral horen,” legt Bernhard uit. Het is, zoals zo vaak in de bergen, in de zomermaanden een compleet andere wereld. Ik hou ervan. En dan is het altijd goed om nog eens terug te komen.
Veel wintersporters komen speciaal voor het verse eten naar dit restaurant. De reden: alles is vers en lokaal. Zo hebben ze bijvoorbeeld precies genoeg koeien voor het gras dat groeit op de alpenweide. Mede daarom hebben ze bijvoorbeeld geen vrachtwagens nodig voor het vervoer. Ook het slachten van dieren gebeurt op de boerderij.
Het stel doet dit al van jongs af aan, vertelt Maria. Maar, het is een traditie die langzaam uitsterft in de bergen merkt Bernhard op. Hij wil graag dat zijn kinderen het familiebedrijf overnemen, maar niets is zeker. Al hoopt hij dat door de huidige ontwikkelingen biologisch en duurzaam voedsel nog belangrijker wordt. En zijn kinderen dit vak met liefde willen oppakken.
Het is tijd om verder te gaan skiën. Op de pistekaart zie ik dat Obertauern 100 kilometer aan skipistes heeft: 61 km blauw, 35 rood en 4 zwart. Vanuit het dorp ga ik met de Plattenkarbahn omhoog. Deze gondellift brengt me naar 2.051 meter. Ik zie kinderen die les krijgen en talloze families die op hun gemak van de pistes af glijden. De terrassen zitten vol en er klinkt typische Oostenrijkse muziek. Dit is wintersport in optima forma.
,,Ter plekke heb je geen auto nodig, het dorp is compact en alles is voorhanden. Denk aan restaurants, cafés, winkels voor skispullen en een supermarkt. Het is bijna overal Ski In, Ski Out. Oftewel van je hotel of appartement kun je zo de lift in.” Aan het woord is Lukas Eisl, die voor Tourismusverband Obertauern werkt. ,,Dus het wordt makkelijker om met openbaar vervoer hiernaartoe te reizen.” Ook hem ontgaat de discussie over duurzaam reizen niet.
,,Reizen en dus ook wintersport zit in het verdomhoekje. Maar bijvoorbeeld het elektriciteitsgebruik van alles wat met wintersport te maken heeft is maar 0,9% van al het gebruik in Oostenrijk. Dit is inclusief alle hotels. Terwijl we voor ruim 6% van al het werk zorgen in het land.”
Veel hotels doen inmiddels hun best om duurzamer te werken. Voor het milieu en hun eigen portemonnee natuurlijk. Mede daarom wordt er tegenwoordig heel anders tegen bijvoorbeeld een infinity pool gekeken, een verwarmd buitenzwembad met fraai uitzicht. Ik bezoek het unieke zwembad bij Hotel Steiner terwijl het sneeuwt. Inderdaad, het uitzicht is imposant. Het water is niet extreem warm en wordt verwarmd met hout uit de omgeving.
Ik loop door het besneeuwde dorp. Plotseling kijk ik recht in het gezicht van Paul McCartney. Althans een gietijzeren beeld ervan. The Beatles namen in Obertauern de film Help in maart 1965. Waardoor McCartney, John Lennon, George Harrison en Ringo Starr zo maar rondliepen in het bergdorp. Ze verbleven in het Hotel Edelweiss, waar hun beelden nu staan.
Ski Toering is een heerlijke sport. Het is ook iets dat je op eigen spierkracht doet, dus je hebt niets nodig. Waarbij je zelf de bergen ingaat en dan off-piste terug skiet. Ik kies voor een route naar een skihut voor een lunch en dan via een bergpad met verse sneeuw terug. Toerski’s zijn anders dan gewone ski’s. Ze zijn gemaakt voor meerdere dingen. Zo kun je er goed mee omhoog lopen, maar ook naar beneden skiën.
Om te lopen heb je een speciaal vel nodig merk ik. Dat plak je op de ski’s zodat je meer grip hebt. Ander glij je naar beneden. Ik ga met een gids op pad, die kent de omgeving goed. Daarnaast kan hij mij de fijne kneepjes van deze sport bijbrengen. ,,Je moet omhoog glijden en niet lopen, een beetje zoals langlaufen. Dan word je het minst moe. Al zal je uiteindelijk wel moe worden,” lacht hij.
We ‘doen’ in totaal bijna 600 hoogtemeters. Daar krijg ik het wel warm van. We hebben alle andere toeristen achter ons gelaten, ik hoor alleen de wind en enkele vogels. Het dorp in de verte wordt steeds kleiner, de piek van de berg steeds imposanter. Ik moet even rusten, maar dat is hier geen straf. Sterker nog, het is één van de genietmomentjes op deze trip.