Rwanda werd gekweld door een van de ergste oorlogen ooit. Inmiddels is dat alweer twintig jaar geleden en opent het land haar deuren voor toeristen. Met als sterkste troef de unieke berggorilla. Ik was bij de naamgeving van de jonge dieren en ging natuurlijk ook op gorillasafari.
Lees verder
Rwanda opent meer en meer haar deuren voor toeristen. Met als sterkste troef de unieke berggorilla. Ik was bij de naamgeving van de jonge dieren en ging natuurlijk ook op gorilla safari.
Ontdek het magische Afrika!
NBBS Reizen organiseert op maat reizen naar diverse landen in Afrika, waaronder ook Rwanda.
Maar we bieden ook op maat gemaakte reizen naar Azië, Midden- & Zuid-Amerika, Australië, Nieuw-Zeeland en de Pacific Eilanden, de USA, Canada en de Caribbean. Ontdek zelf wat reizen met NBBS betekent...
Ga naar NBBS.nl
Op de hoogte blijven van al mijn nieuwe reisvideo's? Abonneer je dan op mijn YouTube kanaal.
,,Het is niet toegestaan plastic zakken mee te nemen. Let u daarop.” Het is zomaar een mededeling tijdens het landingspraatje in het vliegtuig. Huh? Dat heb ik nog nooit gehoord. En ja, al bij aankomst valt het op. Nergens ligt plastic in Rwanda. Niet op de luchthaven, niet op straat als zwerfafval. Goh.
Uit navraag blijkt dat Rwanda tegenwoordig een van de schoonste landen ter wereld is. En zeker van Afrika. President Paul Kagame heeft zelfs speciale wetten op laten stellen om dit te regelen. De bevolking is verplicht om maandelijks hun eigen dorp schoon te maken. De reden is niet alleen hygiënisch. Mensen moeten trots zijn op hun dorp.
Op talloze plaatsen zie ik mensen vegen, papier opruimen maar ook veel bladeren worden opgeruimd. Lunchboxen zijn van papier. Het is opvallend hoe schoon het is voor een derdewereldland. Er zijn ploegendiensten, waarbij buren elkaar helpen. Om een band te creëren.
Volgens mij is dit een essentieel onderdeel van reizen.
En dat in een land waar de buren elkaar ruim twintig jaar geleden nog massaal vermoordden. Het klinkt cru, maar is wel de harde werkelijkheid. De oorlog resulteerde in de grootste mensenmoord van de laatste eeuwen. Ongeveer een miljoen (mogelijk meer) Tutsi’s werden in 1994 vermoord door de Hutu’s.
Ergens in de hoofdstad Kigali sta ik ineens voor een huisje vol met kogelgaten. Hier speelde zich een cruciaal onderdeel af vlak voor de genocide. Tien Belgische commando’s werden hier vermoord tijdens opstanden. Tegenwoordig is het een klein museum, dat zowel benauwend als opvallend sereen over komt.
Het Genocide Museum is minstens zo rauw. Een bezoek is zeer confronterend. Met achtergrondverhalen van zowel overlevenden als slachtoffers, heftige video’s en foto’s van het ‘onmenselijke’ in de mens. Het is puzzelen om de ‘kwaden’ te vinden, zeker ook omdat het Westen niet vrijuit gaat.
De gids kijkt naar mijn gezichtsuitdrukking als ik het museum verlaat. Hij is benieuwd naar de impact. Volgens mij is dit een essentieel onderdeel van reizen. Verhalen horen, mensen leren kennen en leren van de geschiedenis. Ik vraag hem hoe hij dit alles heeft beleefd. Hij vindt dat ‘ze’ in Rwanda veel over het verleden moeten praten.
Terwijl ook hij familie heeft verloren. ,,Maar we moeten het niet verstoppen. Dan kan het weer gebeuren,” zegt hij. Het is goed dat de geschiedenis wordt verteld zoals hij is, zeker als die nog zo vers in het geheugen ligt. Opdat het nooit meer zal gebeuren…
Ik kijk uit over een grote theeplantage. Plotseling zie ik een aap springen op het dak van mijn kamer. En nog één. ,,Golden monkeys,” hoor ik iemand fluisteren. Onze Nederlandse naam is veel minder sexy: diadeemmeerkat. Op zijn gemak laat hij zich vlooien in de zon.
En dat terwijl ik vooral kwam voor de franjeapen, ook wel colobusapen genoemd. Dit is de oostelijke soort die in de laaglanden leeft. Ook deze apen laten zich zien. Springend en wel van boom tot boom. Soms wel meters ver.
Een jong dier durft niet zo goed. Staand op een tak zie je hem twijfelen, maar hij moet wel als iedereen aan de overkant is. Goh en dan moet de hoofdattractie nog komen: een trektocht naar berggorilla. Alsook de naamgeving van de jonge gorilla’s.
De trommels maken veel kabaal. Dansers met lange witte haren zwepen het publiek op. Duizenden lokale bewoners zwaaien met hun net gekregen vlaggetje. Dit is de Kwita Izina; een jaarlijks feest voor tienduizenden mensen en een handjevol apen. Al is de kans groot dat je er nog nooit van hebt gehoord. Net als de berggorilla’s zelf diep in het woud.
Ik ben te gast op de jaarlijkse naamgeving van de net geboren berggorilla’s in Rwanda. Op zich hebben wilde dieren geen naam nodig, maar de overheid van Rwanda doet dit om de wereld te laten zien dat natuurbescherming werkt. Want er leven nog maar zo’n 900 berggorilla’s in de bergwouden van Rwanda, Oeganda en de Democratische Republiek Congo. Meer niet.
Iedereen is wat nerveus aan de grens van het beroemde Virunga-gebergte. De president zelf komt langs, want in zijn ogen is natuurbescherming hard nodig. Voor de diversiteit en voor het toerisme. De afgelopen 12 maanden zijn er 24 jonge pluizebollen geboren. Een record.
Het is een feit; de berggorilla is ‘hot.’ Dit dier is door onderzoekster Dian Fossey verworden tot het ultieme symbool voor natuurbescherming. Wat zij zelf in 1985 met de dood moest bekopen, mogelijk door stropers. ,,De tijden zijn wat betreft nog niet veranderd,” vertelt Kagame het publiek.
De afgelopen 12 maanden zijn er 24 jonge pluizebollen geboren.
Er zijn nog steeds mensen die veel geld betalen voor een opgezette berggorilla. Of voor een gorillahand als asbak bijvoorbeeld. Raar, maar waar. Enkele berggorilla’s komen aangekropen; het zijn verklede kinderen.
Ook in het publiek zijn er opvallend veel kinderen. Essentieel als je wilt dat de dieren in de toekomst ook worden beschermd. Het begint toch wel te jeuken. De ceremonie is bijzonder, maar ik wil de bergen in. Ik wil deze unieke dieren zien, horen en ruiken. En me daarna eens verdiepen in hoe ik ze kan beschermen.
Ineens beweegt een struik. Dat kan niet, schiet nog door me heen. Zijn ze dat? Een seconde later komt het hoofd van een jonge berggorilla boven de bladeren uit. Hij kijkt me aan, maar kauwt rustig verder op zijn ontbijt. Ik vergeet acuut foto’s te maken, gebiologeerd blijf ik staren.
Even later komt er nog één tevoorschijn. En nog één. Op hun dooie gemak lopen ze me voorbij. En dan, statig als maar kan, de moeder met haar jong. Kort, om snel weer achter de struiken te verdwijnen. Het jong is Urakoze (dank je wel) gedoopt, gisteren bij de jaarlijkse naamgevingsceremonie van de dieren.
Het is een gebeurtenis die je leven verandert.
Ik denk terug aan vanochtend. Vroeg moest ik me melden bij het bezoekerscentrum. Je wordt in groepjes van maximaal acht ingedeeld. De gids stelt zich voor en vertelt hoe de dag gaat verlopen. Maar ik ben vooral benieuwd naar één ding. Hij vertelt welke groep berggorilla’s we gaan bezoeken; Kuryama. Ik kijk snel op mijn lijst met alle namen en zie inderdaad dat de groep een pasgeboren jong heeft. Geweldig…
Eerst gaan we met een busje naar de hoger gelegen landbouwvelden. Naar het wereldberoemde Volcanoes National Park gaat het te voet. De wandeling voert langs veldjes met aardappelen en diverse groenten, af en toe een huisje en groepen kinderen die benieuwd zijn naar die toeristen. Het wordt steeds ruiger, naarmate we hoger komen. Bij een klein hutje liggen lege jerrycans.
De wandeling duurt een uur. Ineens sta ik voor een muur van gestapelde stenen. Daarachter begint het woud; een muur van statige bomen vol lianen verhullen het zicht.
,,Dit is niet om mensen buiten te houden, maar om de dieren binnen te houden. Om zo conflicten zoveel mogelijk te vermijden,” aldus Fernando.
Ook laat hij me horen hoe een boze gorilla klinkt. Waarna je dus direct aan de kant moet. Daarnaast mag je de dieren niet aanstaren, om ze niet ongerust te maken.
En ja, ook ik moet oefenen. Ik realiseer me dat het best gek klinkt, zo ergens op een berg in Afrika. Ik doe een dier na dat voor 97 procent hetzelfde DNA als ik heeft. Ze zien er alleen heel anders uit, met een heel ander leven. Zou ik berggorilla willen zijn?
De gids haalt me uit mijn gedachten. Hij checkt of ik de geluiden wel goed oefen. Braaf grom ik vanuit mijn huig. Dit alles om incidenten met de dieren te voorkomen, iets wat al tientallen jaren lukt. Waar ik me over verbaas, want wilde dieren en (met name) toeristen gaan over het algemeen niet zo goed samen.
Klauterend neem ik de muur en volg de gids. Het pad slingert door het regenwoud. Dit is op zich al een avontuur. Ik hoor vogels en zie iets wegschieten, maar ben natuurlijk weer veel te traag. Al zijn al mijn zintuigen meer dan alert.
Ik ontmoet de ‘trackers’, gekleed in het oerwoudgroen inclusief geweer en kapmes. De mannen zijn wat schuchter, maar van levensbelang voor de mensapen. Ze houden de dieren in de gaten en beschermen ze ook indien nodig. En weten dus voortdurend waar de groepen zijn. Voor hen is een overnachting in dit bos heel gewoon.
De gids vraagt of ik er klaar voor ben. ,,Voor de laatste etappe.” Ik ben overduidelijk: ik knik en zeg glimlachend ja tegelijkertijd. De afstand is slechts kort tot de familie berggorilla’s. Of eigenlijk komen ze naar ons toe, wonderbaarlijk genoeg. Ik sta bij wat struiken als twee dieren aan komen rennen; rollenbollend en wel. Het regenwoud is hun speeltuin.
Voor ik het door heb krijg ik een tik op mijn been, net als de gids. Een groene streep op mijn broek is het bewijs. De gids lacht. ,,Hij wil alleen laten zien dat hij hier de baas is. Meer niet. Dit is heel bijzonder.” Ja, zo voelt het ook. Ze accepteren me, al is het voor even. Ik word nog nederiger.
De groep gaat slapen, alles ligt languit in het bos. De zilverrug kijkt naar ons, maar is totaal niet onder de indruk. Toch moet hij zich nog even laten gelden, met de overbekende tromroffel op zijn borst. Ook de moeder met jong gaat slapen. Of eigenlijk de moeder, het jong is nog lang niet moe. Hij vangt zelfs vliegen, of doet althans een poging er toe.
De gids fluistert dat ‘ons’ uur er op zit. Het lijkt pas een kwartiertje. Deze trips hebben een vaste lengte, daarna krijgen de dieren weer rust. Per dag komt er een groep toeristen bij een groep berggorilla’s, meer niet.
,,Het is een gebeurtenis die je leven verandert.” Natuurlijk, dacht ik nog vooraf. Maar achteraf moet ik het beamen. Dit is meer dan bijzonder. Het doet je realiseren dat we onze planeet delen met dit soort bijzondere dieren. En wij moeten ze beschermen, want ze kunnen het zelf niet.
Het maakt de kostprijs van dit tripje ook wat dragelijker. Om de berggorilla’s te mogen bezoeken, moet je maar liefst 1500 dollar neer tellen. Per persoon. Veel geld, ja.
Maar hiermee bescherm je de dieren wel, want het wordt met name aan het park en de parkwachters besteed. Dit zijn lokale mensen die letterlijk hun leven willen geven voor de mensapen. Welbesteed geld dus. Net als mijn reis; zeer welbesteed.